In mei 2006 werd de opduwer Ald Yzer gezien in Zwartsluis, komend vanuit de Kolksluis. Onder de inmiddels stevig gelaste brug door, zien we Wout Bijlsma, die ik meen te herkennen aan zijn weelderige haardos, vrolijk zwaaiend naar onze voormalige Belgische VDMS-leden Hubert en Dirk Ramakers met hun sleepboot Odilia uit Maaseik, gelegen in het Belgische Limburg.

De opduwer Ald Yzer is in 1938 gebouwd op de scheepswerf de Hoop van Bijholt te Foxhol, provincie Groningen. Deze opduwers werden veel gebruikt door vrachtschippers van zeilschepen. Bij gebrek aan wind lieten schippers de knecht of een ouder kind plaatsnemen in deze kleine krachtpatsers om het vrachtschip naar haar bestemming te duwen. Wanneer een geladen schip langdurig geen goede wind had en geen opduwer beschikbaar was, kon men een scheepsjager inhuren die met een paard het schip naar de bestemming sleepte. Echter, dit kostte enkele stuivers en die hadden de schippers niet, maar ze wilden er ook niet voor betalen. Een alternatieve methode was het geladen schip slepen met een lange lijn, voortbewogen door de gehele familie. Dit was erg vermoeiend, en aan het einde van de dag hoorden we vaak de vermoeide stemmen van de kleinere, zeer vermoeide kinderen die riepen: “Papa, hadden we maar een opduwer”.

Wetenswaardigheid: als het schip door personen wordt gejaagd, zitten aan het begin van de lange lijn een aantal platte banden ter bescherming van het bovenlichaam van de jagers. Deze banden worden “’t Zeel” genoemd.

Gegevens Ald Yzer:

  • Afmetingen: 5.80 x 1.80 x 0.80 meter.
  • Motor: Bolinder Munktell, 1 cilinder 2 takt, 25 pk gloeikop.
  • Bolinder Munktell is een Zweeds motormerk. Deze motorenfabriek fuseerde in 1950 met Volvo.

De naam Ald Yzer is zeker toepasselijk, gezien het feit dat op de werf opduwers werden vervaardigd uit plaatresten van veel grotere schepen in de verloren uurtjes. Dit geeft de Ald Yzer niet alleen een naam maar ook een verhaal dat diep geworteld is in het maritieme erfgoed.

Jan Weij, 21 januari 2024